zaterdag, februari 25, 2006

CARNAVAL

COLUMN – Het is carnaval en voor een week staat Brazilië stil. Twee derde van de bevolking stort zich in de seks, drugs en samba. De rest vlucht of naar vakantiehuisjes in het binnenland en aan het strand om aan de eerste groep te ontsnappen, of blijft waar het de rest van het leven zal blijven: bedelend in de goot of zich kapot werkend voor 1 euro per dag.

Maar afhankelijk van je definitie van carnaval zou je kunnen zeggen dat het feest in Brazilië al veel langer aan de gang is. Een eeuw of vijf om precies te zijn.

Wat dacht je van deze parel: de onafhankelijkheid van Brazilië in 1822 is gepland en ingezet door de Portugese koning. “Als Brazilië zich afscheiden moet” zei de oude man tegen zijn zoon Pedro, “moge het dan onder jou gebeuren en niet aan de hand van één van die avonturiers”.

En ja hoor, een jaartje later riep Pedro de freudiaanse woorden “de onafhankelijkheid of de dood” en kroonde zich tot de eerste keizer van Brazilië. Machthebbers die zichzelf omverwerpen om zich te vervangen door zichzelf, Brazilië heeft er een handje van.

Ook het laatste jaar was een lange polonaise van bizarre taferelen. De Partido dos Trabalhadores, de vaandeldrager van de moraal in de Braziliaanse politiek, stortte zich in een gigantisch corruptieschandaal; één van haar leden werd gepakt met zwart geld in de onderbroek, wat een heel nieuwe betekenis geeft aan de term ‘wit wassen’; de president lijkt ondanks de corruptie binnen zijn eigen partij de verkiezingen gewoon te gaan winnen; een massamoordenaar werd door een rechtshof doodleuk vrijgesproken omdat hij ‘strikte bevelen’ zou volgen; congresleden waren de helft van de tijd op vakantie; nadat het rechters verboden was om familieleden aan te stellen in vertrouwensfuncties, riep er eentje zonder gêne op nationale televisie: “dan vervang ik ze gewoon door vrienden”. Enz, enz, ad nauseum.

In mijn flat in São Paulo is al een maandje een ruzie aan de gang over een zieke boom op het voorpleintje. De boom moet omgehakt worden, maar een groot deel van de bewoners is het er niet mee eens. De natuur moet beschermd worden, luidt de strijdkreet.

Elke keer dat ik door het betonnen monster São Paulo circuleer, moet ik een klein beetje om de gevoeligheden van mijn flatgenoten lachen. Gisteren bleef ik een tijdje in de file staan op een brug over Pinheiros, een bruinzwarte, stroperige watermassa die voor een rivier moet doorgaan. In de walm van de uitlaatgassen en de rottende rivier dacht ik: “wordt het niet is tijd dat het eindelijk is afgelopen met het carnaval”

vrijdag, februari 24, 2006

BRAZILIË DICHTBIJ PROMOTIE NAAR FINANCIËLE EREDIVISIE

SÃO PAULO, 24/12/2006 – De Braziliaanse regering heeft aangekondigd dat het alle Brady bonds, ter waarde van 6,64 miljard dollar, gaat terugkopen in de internationale markten. De zogenoemde ‘Bradies’ zijn de titels die begin jaren negentig zijn uitgebracht om de buitenlandse schuld van Brazilië te herstructureren na het moratorium van de jaren 80. Hoewel de Bradies tegenwoordig maar een klein percentage van de totale buitenlandse schuld uitmaken, is de versnelde terugkoop een belangrijke symbolische stap waarmee het land definitief breekt met zijn geschiedenis als internationale wanbetaler.

Door het gunstige internationale klimaat draait de Braziliaanse economie sinds enkele jaren met een structureel handelsoverschot. De betalingsbalans van het land is daardoor flink verbeterd en stelt het land in staat om de buitenlandse schuld met grote happen te verkleinen. Eerder dit jaar loste Brazilië al zijn verplichtingen met het Internationaal Monetair Fonds af voor een bedrag van 15,1 miljard dollar. “De buitenlandse schuld is niet langer een probleem”, verklaarde de secretaris van het ministerie van financiën, Joaquim Levi, in de nieuwszender Globonews.

Met het verbeterde schuldenplaatje dalen ook de indicatoren van consultancy bedrijven, zoals JP Morgan en Standard & Poor, die het risico meten om in Brazilië te investeren. Voor het Braziliaanse ministerie van financiën is het bijna een obsessie geworden om van deze instellingen de kwalificatie ‘investment grade’ te krijgen. Zonder deze label mogen institutionele beleggers, zoals pensioenfondsen, over het algemeen niet investeren in een land of bedrijf en is de prijs van kapitaal veel duurder.

In de Financial Times gaf Drausio Giacomelli van JP Morgan een indicatie dat de Braziliaanse regering op het punt staat tot deze financiële eredivisie toe te treden. “We voorzagen dat de investment grade voor het eind van dit decennium zou kunnen worden bereikt. Maar met de sneller dan verwachte verbetering van de betalingsbalans, zou dat al binnen een paar jaar kunnen gebeuren”

donderdag, februari 23, 2006

LULA HERWINT VERTROUWEN BRAZILIAANSE MIDDENKLASSE

SÃO PAULO, 23/02/2006 – De nieuwste peiling van het instituut Datafolha naar de presidentsverkiezingen van 2006 laat zien dat president Luis Inácio Lula da Silva nu ook terrein wint bij de hogere inkomensgroepen en hoger opgeleiden van Brazilië. Als er vandaag verkiezingen zouden worden gehouden dan zou Lula bij dit segment van de Braziliaanse samenleving weliswaar nog steeds verliezen van zijn belangrijkste rivaal, de burgemeester van São Paulo José Serra, maar de afkeer van Lula heeft een dalende trend ingezet.

Analisten zeggen niet verrast te zijn door het resultaat van de peiling. De hogere segmenten laten zich vooral leiden door economische prestaties. Nu de economie ondanks de corruptiecrisis die de regering van Lula heeft vertroebeld, relatief stabiel is gebleven, keert de Braziliaanse middenklasse langzaam terug naar het kamp van de huidige president.

De historicus Carlos Eduardo Sarmento van de hoog aangeschreven instelling Fundação Getulio Vargas (FGV), verklaart in de krant O Globo dat de middenklasse zijn angst voor Lula is kwijtgeraakt. “Dit deel van de samenleving geeft geen prioriteit aan sociale indicatoren. De dalende risco país [belangrijkste indicator voor het investeringsrisico in een land, ALL] en dollar stralen een signaal van vertrouwen uit. We staan niet aan de rand van de afgrond, zoals velen dachten, maar hebben zelfs perspectief op groei”.

De politicologe Lúcia Hippólito wijst in dezelfde krant op een andere factor: “sommige ondernemers vinden Serra, de mogelijke tegenkandidaat van de PSDB, te onafhankelijk. Voor hen is het beter dat Lula wordt herkozen, dan houdt de economie zich stabiel”.

Als alle segmenten van de Braziliaanse samenleving worden meegeteld dan wint Lula ook in het onderzoek van Datafolha van al zijn opponenten.

woensdag, februari 22, 2006

BRAZILIAANSE BANKEN MAKEN RECORDWINSTEN

SÃO PAULO, 22/02/2006 – De Braziliaanse banken publiceren deze maand hun jaarcijfers en de ene na de andere noteert recordwinsten. Gisteren melde Banco Itaú een winst van 5,25 miljard real (+/- 2,01 miljard euro), het grootste bedrag ooit verwezenlijkt door een Braziliaanse bank. Het record hield echter niet lang stand. Bradesco, de grootste bank van Brazilië, overtrof vandaag de prestatie van Itaú en noteerde een winst van 5,51 miljard real (+/- 2,16 miljard euro.) Eerder deze maand hadden Unibanco, Banco do Brasil en Caixa Econômica Federal al bedrijfsrecords neergezet.

De cijfers bevestigen de gouden tijden die de financiële sector beleeft in Brazilië. De banken verdienen gouden bergen met een zwaar in de schulden gestoken publieke sector gecombineerd met de hoogste reële rentestanden van de planeet.

Van de topvier meest lucratieve bedrijven in Brazilië zijn er drie banken. Alleen het Braziliaanse olie- en gasbedrijf Petrobras slaagt erin de cordon van banken te doorbreken. Maar Petrobras doet dat dan ook met verve. Het bedrijf realiseerde de hoogste winst ooit geregistreerd door een Zuid-Amerikaans bedrijf: 23,73 miljard real (+/- 9,31 miljard euro.)

De dochter van de ABN AMRO bank, Banco Real, is de op één na grootste buitenlandse bank in Brazilië en profiteert zeker mee van de overvloed in de sector. Bijkomend voordeel voor dé Bank is dat het veel zal winnen in de conversie door de expressieve stijging van de Braziliaanse real ten opzichte van de euro.

dinsdag, februari 21, 2006

SERRA OF ALCKMIN? PSDB SPLIJT OVER KANDIDATUUR

SÃO PAULO, 21/02/2006 – De interne strijd in de belangrijkste Braziliaanse oppositiepartij PSDB over wie hun presidentskandidaat wordt voor de verkiezingen van 2006, splijt de partij in tweeën. De partijbonzen die normaal gesproken de kandidatuur beklinken, ook wel het triumviraat genoemd (oud-president Fernando Henrique Cardoso, partijvoorzitter Tasso Jereissati en Gouverneur van Minas Gerais Aécio Neves), lijken te kiezen voor de huidige burgemeester van São Paulo, José Serra. Een meerderheid van de partijkaders, daarentegen, verkiest de Gouverneur van São Paulo, Geraldo Alckmin

Alckmin, die de voorkeur van het triumviraat voor zijn rivaal weigert te accepteren, roept steeds luider om voorverkiezingen om de kandidatuur van de PSDB voor de presidentsverkiezingen te beslechten. Hij wordt in zijn streven gesteund door belangrijke partijleden. “We kunnen niet hebben dat enkelen spreken in naam van alle anderen”, zei Marconi Perillo, de gouverneur van Goiás, in een nauwelijks verhulde sneer aan de partijbonzen.

Vorige week waren de gemoederen verhit toen het triumviraat niet kwam opdagen bij een barbecue van Geraldo Alckmin en in plaats daarvan ging lunchen in een chique restaurant met José Serra. Oud-president Fernando Henrique Cardoso probeert de zaak te sussen voordat de emoties de overhand krijgen en de strijd buiten controle raakt. “Als het ons niet lukt om een situatie te creëren die de consensus draagt, zal [de kandidatuur] uiteraard niet worden beklonken door twee of drie mensen”. De oud-president weigerde echter te spreken van voorverkiezingen.

Ondertussen ziet de huidige president van Brazilië, Luis Inácio Lula da Silva, de escalerende ruzie bij zijn belangrijkste concurrenten met tevredenheid aan. Al enkele maanden voert hij in zijn eentje campagne en versterkt hij zich in de peilingen, terwijl zijn tegenstanders kibbelen over de kandidatuur. Bovendien hoopt hij dat de interne strijd onherstelbare schade oplevert aan wie ook de kandidaat wordt voor de PSDB in de Braziliaanse presidentsverkiezingen van 2006. Of dat nu José Serra is, of Geraldo Alckmin

maandag, februari 20, 2006

BONO VOX STAPT IN LULA’S CAMPAGNETREIN

SÃO PAULO, 20/02/2006 - De zanger van de Ierse rockband U2, Bono Vox, heeft zondag een bezoek gebracht aan het presidentiele paleis van Brazilië, A Granja do Torto. Bono ontmoette de Braziliaanse president Luis Inácio Lula da Silva, poseerde samen met hem voor foto’s en deed complimenteuze verklaringen over de president.

De rockster verklaarde dat hij zijn hele leven al naar de hoofdstad Brasilia wilde komen. “Het is een droom om hier te zijn”, zei Bono, “ik verlang de president te ontmoeten omdat hij vecht tegen de armoede, niet alleen in Brazilië, maar in de hele wereld”. De sociaal geëngageerde zanger doneerde ook een gitaar om geveild te worden voor Lula’s troetelproject Fome Zero ('Nul Honger'.)

De regering verklaarde dat de ontmoeting tussen de twee een verzoek van Bono Vox was. Desalniettemin past de gebeurtenis naadloos in de verkiezingscampagne van Lula, die in oktober zijn presidentsband moet zien te verdedigen.

U2 is in Brazilië in het kader van hun wereldtournee Vertigo. Maandag en Dinsdag geeft de band twee megashows in het voetbalstadium Morumbi in São Paulo. Beiden waren in een mum van tijd uitverkocht.

Deze week voor carnaval deed ook een andere rockband Brazilië aan. The Rolling Stones gaven zondag een gratis concert weg op het strand van Copacabana in Rio de Janeiro voor een recordpubliek van meer dan 1,3 miljoen (!) toeschouwers. De leadzanger van de band, Mick Jagger, koos ervoor geen politici te ontmoeten tijdens zijn verblijf in Brazilië. Liever dook hij in het nachtleven van Rio de Janeiro.

vrijdag, februari 17, 2006

BRAZILIAANS HOOGGERECHTSHOF KEURT ANTI-NEPOTISME REGEL GOED

SÃO PAULO, 17/02/2006 – Het Braziliaanse hooggerechtshof heeft het besluit van de Nationale Raad van Justitie (CNJ) dat rechters verbiedt om familieleden aan te stellen in vertrouwensfuncties, constitutioneel verklaard. De CNJ is het regelgevende en disciplinerende orgaan van de Braziliaanse justitie.

Het besluit van de CNJ werd aangevochten door de meeste rechtbanken van de deelsstaten die weigerden, zoals de regel voorschreef, alle familieleden tot de 3de graad in vertrouwensfuncties te ontslaan. Met de beslissing van het hooggerechtshof moeten de lagere rechtbanken echter alsnog aan de regel voldoen en 936 mensen per direct van hun functie verwijderen. Eerder waren al 784 familieleden ontslagen door rechtbanken die het besluit van de CNJ niet hebben aangevochten.

Het nepotisme is een oude gewoonte van de Braziliaanse publieke sector. Duizenden baantjes, meestal gekwalificeerd als ‘vertrouwensfuncties’, worden zonder enige sollicitatieprocedure weggegeven aan familie en vrienden. Voor sommige lokale politici en magistraten is dit clientelisme de voornaamste machtsbron.

De Braziliaanse raad voor advocaten (OAB) noemt het besluit van het hooggerechtshof een belangrijke overwinning voor de Braziliaanse samenleving. “Maar de strijd gaat door”, zegt de vice-president van de OAB, “nu moeten we dezelfde regel invoeren voor de wetgevende en uitvoerende macht”.

donderdag, februari 16, 2006

COMMANDANT ‘SLACHTING VAN CARANDIRU’ VRIJGESPROKEN

SÃO PAULO, 16/02/2006 – Kolonel Uribatan Guimarães is in beroep vrijgesproken voor zijn rol in de ‘slachting van Carandiru’, zoals een bloedbad in de gelijknamige gevangenis in Brazilië bekend staat.. De kolonel had de leiding over de marechaussees die in 1992 een opstand in het gevangeniscomplex Carandiru op extreem gewelddadige wijze neersloegen. Toen de troepen van de kolonel klaar waren, lieten ze 111 gevangenen dood achter.

Met de vrijspraak draaide het gerechtshof van São Paulo een veroordeling van een lagere rechtbank om. In dat proces was de kolonel veroordeeld tot 632 jaar gevangenisstraf, maar volgens het hof had de rechter in dat proces de uitspraak van de jury verkeerd geïnterpreteerd. De jury zou hebben ingestemd met de these dat Uribatan Guimarães ‘strikte bevelen’ uitvoerde. Volgens het hof is dat onverenigbaar met zijn veroordeling voor excessief gebruik van geweld.

Overlevenden en mensenrechtenorganisaties noemen de uitspraak van het hof schandalig en wijzen unaniem op de straffeloosheid van de Braziliaanse politie. “Deze beslissing is een vrijbrief voor de politie om door te gaan met de excessen”, aldus Danilo Chamas van de inter-Amerikaanse NGO Fundação Interamericana de Direitos Humanos.

Niemand, noch de politici, noch de politieagenten, noch de kolonel, heeft ooit vastgezeten voor de slachtpartij in Carandiru. Uribatan Guimarães heeft het hele proces in vrijheid afgewacht en is nu zelfs lid van het congres van de staat São Paulo.

De kolonel verklaarde na afloop opgelucht te zijn. “We hebben mensen gered [in Carandiru]”, aldus Guimarães, “zonder onze interventie was het dodental misschien wel 20 keer hoger geweest”. De uitspraak van de kolonel staat in schrille tegenstelling tot de feiten: 102 van de 111 slachtoffers zijn omgekomen door schoten in de rug, nek of hoofd. Velen bevonden zich gewoon in hun cel.

Het openbaar ministerie gaat in beroep tegen de uitspraak.

woensdag, februari 15, 2006

LULA NEEMT VLUCHT IN PEILING

SÃO PAULO, 15/02/2006 - Een nieuwe peiling voor de Braziliaanse presidentsverkiezingen van 2006 laat zien dat president Luis Inácio Lula da Silva weer een flinke voorsprong heeft genomen op zijn belangrijkste rivaal José Serra, de huidige burgemeester van São Paulo. In de peiling gehouden door CNT/Sensus verslaat Lula zijn opponent in de tweede ronde met 47,6% van de stemmen tegenover 36,6%. In november verloor Lula in dezelfde peiling nog van Serra (37,6% tegenover 41,5%.)

De nieuwste peiling bevestigt de trend van de afgelopen maanden: Lula is op de weg terug en heeft het corruptieschandaal die zijn regering sinds mei vorig jaar geselt, overleefd. Maar de kracht van het herstel van de arbeiderspresident verbaast vriend en vijand.

Analisten in binnen- en buitenland grijpen naar verklaringen. Buitenlandse kranten, zoals de Financial Times, wijzen vooral op economische factoren. De relatieve economische stabiliteit en de lage inflatie heeft vele, vooral armere Brazilianen een significante verbetering van hun levens gebracht.

Bovendien heeft Lula sinds eind 2005 een serie economische maatregelen doorgevoerd die speciaal zijn gericht op de onderste lagen van de samenleving. De president heeft onder anderen het minimumloon verhoogd van 300 naar 350 Braziliaanse real (+/- 125 euro) en de belastingen verlaagd op bouwmaterialen.

Braziliaanse commentatoren benadrukken ook Lula’s succesvolle distantiering van de Partido dos Trabalhadores (PT), zijn eigen partij. De PT is de focus van het corruptieschandaal en wordt ervan beschuldigd miljoenen te hebben doorgesluisd aan parlementariërs in ruil voor hun steun in het congres. Lula zwijgt al enkele maanden in alle talen over het corruptieschandaal en mengt zich expliciet niet in de partijzaken.

Een beslissende factor is echter dat het corruptieschandaal zich sinds mei 2005 als een inktvlek over het Braziliaanse politieke stelsel heeft uitgebreid. Inmiddels worden ook belangrijke oppositieleden direct aantast.

Sinds vorige maand doet bijvoorbeeld een lijst met namen de ronde van politici die smeergeld zouden hebben ontvangen van het Braziliaanse staatsbedrijf Furnas voor de verkiezingen van 2002. Op de lijst prijken onder anderen de namen van Lula’s belangrijkste rivalen, José Serra en Geraldo Alckmin, de gouverneur van São Paulo

Hoewel de authenticiteit van de lijst twijfelachtig is, versterkt het het beeld dat door Lula aan het begin van de crisis naar voren is gebracht: “De PT heeft gedaan wat alle partijen in Brazilië doen”.

De oppositie heeft in de verbeelding van veel Brazilianen geen morele fundamenten om de regering te beschuldigen van corruptie. Met andere woorden, de pot verwijt de ketel dat hij zwart ziet. De peilingen laten zien dat dit beeld goed is voor de kansen van Lula in de presidentsverkiezingen van 2006.

dinsdag, februari 14, 2006

BRAZILIË VRAAGT BIJEENKOMST VEILIGHEIDSRAAD OVER HAÏTI

SÃO PAULO, 14/02/2006 – De Braziliaanse regering wil dat de VN-veiligheidsraad bijeenkomt om de situatie in Haïti te bespreken. De onrust in het straatarme Caribische land is flink toegenomen nu alles erop wijst dat de favoriete presidentskandidaat Rene Préval geen absolute meerderheid heeft gehaald in de verkiezingen van vorige week. Daardoor zou een tweede ronde noodzakelijk zijn geworden.

Nadat de electorale commissie gisteren had verklaard dat Préval met 90% van de stemmen geteld nog maar 48,76% van de stemmen had, gingen duizenden sympathisanten van Préval de straat op. De demonstranten verlamden de hoofdstad met brandende barricades en bestormden het hotel dat door de electorale commissie werd gebruikt. Bij de ongeregeldheden is zeker één dode gevallen.

Officieuze peilingen wezen erop dat Préval, een bondgenoot van de verdreven president Jean-Bertrand Aristide, met gemak een absolute meerderheid zou halen. De demonstranten, voornamelijk afkomstig uit de enorme sloppenwijken van de hoofdstad Port-au-Prince, beweren dat er gefraudeerd wordt met de verkiezingsuitslag.

Brazilië, dat de leiding heeft over de VN-vredesmissie die in Haïti de orde probeert te handhaven, wil grotere internationale betrokkenheid bij het Caribische land. De conflicten in het land kunnen niet worden opgelost met troepen alleen, aldus het Braziliaanse ministerie van buitenlandse zaken. Economische hulp en sociale projecten zijn essentieel.

maandag, februari 13, 2006

LULA VRAAGT OM EINDE CONSENSUS IN DE WTO

SÃO PAULO, 13/02/2006 – De Braziliaanse president Luis Inácio Lula da Silva vindt dat de beslissingen in de Wereld Handelsorganisatie (WTO) niet meer per consensus, maar door een meerderheid van de leden moeten worden genomen. “De politiek van consensus is fantastisch, maar het belemmert het echte debat. Met de consensus blokkeert één lid tussen de honderd elke onderhandeling”.

Lula deed de uitspraak aan het eind van een topontmoeting in het Zuid-Afrikaanse Pretoria, waar onder anderen de Engelse premier Tony Blair aanwezig was. De Braziliaanse president wilde in het kader van de onderhandelingen voor de Doha-ronde in de WTO een topontmoeting regelen tussen de leiders van de G-8, de groep van sterkst ontwikkelde landen en Rusland, en de G-20, een coalitie van ontwikkelingslanden die vecht voor een liberalisering van de landbouw, aangevoerd door Brazilië. Het is Lula echter niet gelukt om een formele toezegging te krijgen van de Engelse premier.

De onderhandelingen binnen de WTO voor verdere handelsliberalisatie zijn vastgelopen op de onwil van de Europese Unie om de landbouwsubsidies af te breken en te snijden in tarieven voor agrarische producten. De Europeanen eisen concessies van de ontwikkelingslanden in de industrieën en dienstensector.

zaterdag, februari 11, 2006

WONDERLAND

COLUMN - Stel Geert Wilders geeft een interview aan het NRC en beschuldigt het CDA van Jan Peter Balkenende ervan parlementariërs van D66, VVD en LPF maandelijks 10.000 euro te hebben betaald voor hun steun in de tweede kamer. Wilders vult zijn beschuldigingen aan met kleurrijke anekdotes, zoals deze: “Ik zei, ‘luister Jan Peter, die grote maandelijkse is een bom onder je regering’ - ‘welke grote maandelijkse’, antwoordde hij. Toen legde ik Jan Peter het hele schema uit en begon hij te huilen. Tja, hij is een beetje een watje. Piet Hein, dat is het brein achter de hele bende”

Heel Nederland in rep en roer natuurlijk. De TV stations staan in lange rijen voor de deur van Geert Wilders (wiens adres opeens niet zo geheim meer is) en laten, bij gebrek aan beter, heel Nederland op primetime meegenieten van Wilders’ zangkwaliteiten onder de douche. “Het lijkt op Rigoletto”. “Nee, het is dat liedje van Eros Ramazotti”. De coalitiepartijen, ondertussen, schreeuwen dat alles een grove leugen is en dat Geert Wilders een onbetrouwbare boef is.

Maar dan verschijnt er een lijst met namen van parlementariërs die geld hebben ontvangen van de penningmeester van het CDA, de ABN Amro blijkt miljoenen te hebben geleend aan het CDA zonder enige vorm van garantie en verdacht veel geld lijkt te verdwijnen uit de koffers van de Gasunie. Dozen vol met versnipperde documenten worden gevonden langs de A-2 en verbolgen ex-vrouwen en minnaressen gooien de geheimen van politici op straat.

Paniek in Den Haag. De penningmeester van het CDA geeft toe dat hij een schaduwfonds erop nahield. Piet Hein Donner treedt af ‘om persoonlijke redenen’ en Jan Peter Balkenende is maanden onbereikbaar voor de pers omdat hij het ene na het andere staatsbezoek aflegt. De PvdA, de SP en Groenlinks eisen een parlementaire enquête en zijn één en al verontwaardiging.

En dan gebeurt er iets vreemds (ja, het kan nog vreemder.) Maanden gaan voorbij, de ene parlementaire enquête stapelt zich op de andere, de beschuldigingen worden steeds verwarrender, maar concreet gebeurt er nagenoeg niets. Sterker nog, de peilingen voor de tweede kamerverkiezingen laten zien dat het CDA op winst staat.

Wat een ophol geslagen fantasie, zal de lezer denken, in welk parallel universum behoort zo’n absurd scenario tot de mogelijkheden? Maar verander een paar namen, Jan Peter Balkenende in Luis Inácio Lula da Silva, Piet Hein Donner in José Dirceu en Geert Wilders in Roberto Jefferson, et voilá: welkom in Brazilië.

vrijdag, februari 10, 2006

VS GOOIEN BRAZILIANEN IN ISOLATIECEL NA HONGERSTAKING

SÃO PAULO, 10/02/06 – Twee Brazilianen worden sinds maandag in een Amerikaanse isolatiecel vastgehouden als straf voor een hongerstaking. Beiden verbleven illegaal in de VS en zijn opgepakt bij kleine verkeersovertredingen. Volgens een woordvoerder voor Braziliaanse immigranten in de VS protesteerden de Brazilianen met de hongerstaking tegen de slechte condities in hun gevangenis en eisten hun onmiddellijke deportatie naar Brazilië.

Hoewel een conventie van de Verenigde Naties de detentie van immigranten in gevangenissen voor gewone criminelen verbiedt, worden de meeste illegale Brazilianen vastgehouden in de zwaarbeveiligde gevangenis van Sufolk, Boston. “Onze enige fout was om een beter leven te zoeken in een land dat ons niet wil hebben”, zegt één van de gestrafte immigranten, “maar we zijn geen criminelen”. De hongerstakers mogen een halfuur per dag hun isolatiecel verlaten om te luchten of te bellen naar familieleden.

De laatste jaren is de immigratie van Brazilië naar de VS explosief gegroeid. Geschat wordt dat alleen al in de staat New England 250 duizend Brazilianen verblijven. Daarmee vormen ze de op één na grootste groep immigranten in de regio.

Bron: Folha de São Paulo

donderdag, februari 09, 2006

LULA: BRAZILIAANSE TROEPEN IN HAÏTI HEBBEN GEEN VERTREKDATUM

SÃO PAULO, 09/02/06 – De Braziliaanse president Luis Inácio Lula da Silva verklaart tevreden te zijn met de verkiezingen in Haïti. De president bevestigt echter ook dat de Braziliaanse troepen die in het kader van de VN-vredesmissie Minustah de orde handhaven in Haïti, geen geplande vertrekdatum hebben.

“Ik denk dat Haïti vertrouwen en politieke volwassenheid heeft getoond. Meer dan 80% van de bevolking is immers vrijwillig naar de stembussen gegaan. Het is doorgedrongen dat de democratie de enige weg is om in vrede te leven.”

Maar de verkiezingen zijn slechts de eerste stap in de stabilisatie van Haïti, aldus Lula. Nu moeten de democratische instellingen worden geconsolideerd. Lula: “Brazilië moet bijdragen aan deze consolidatie”

Als de nieuwe democratische regering echter vraagt om het vertrek van de troepen dan zullen de Braziliaanse militairen volgens de president zonder problemen terugkeren. “Ik denk dat we onze missie hebben volbracht.”

Bron: BBC Brasil

woensdag, februari 08, 2006

SENAAT WIL PRESIDENTIËLE MACHT IN BRAZILIË BETEUGELEN

SÃO PAULO, 08/02/06 – De Braziliaanse senaat heeft een wet goedgekeurd die de uitvoerende macht in Brazilië flink belemmert. De nieuwe wet zal het de president veel moeilijker maken om te regeren via zogenoemde Medidas Provisórias (tijdelijke maatregelen, vergelijkbaar met een koninklijk besluit in Nederland.) Voordat de wet in werking treedt, mag het huis van afgevaardigden het voorstel nog amenderen of verwerpen, waarna het weer terugkeert naar de senaat.

Een MP is een besluit van de president die onmiddellijk in werking treedt en pas later wordt gekeurd door het Braziliaanse huis van afgevaardigden en de senaat. Als de nieuwe wet wordt aangenomen, mag een MP pas gelden na drie dagen als het door de constitutionele congrescommissie is gekomen. Gebeurt dat niet dan verandert de MP in een gewoon wetsvoorstel.

Zowel de voorgaande als de huidige president van Brazilië, respectievelijk Fernando Henrique Cardoso en Luis Inácio Lula da Silva, hebben uitgebreid gebruik gemaakt van de MPs om de karakteristieke inertie van het Braziliaanse congres te omzeilen. Beiden werden ervan beschuldigd om per decreet te regeren.

dinsdag, februari 07, 2006

PT HAPT

SÃO PAULO, 07/02/2006 – De voorzitter van de regeringspartij Partido dos Trabalhadores (PT), Ricardo Berzoini, heeft verklaard dat zijn partij van plan is oud-president Fernando Henrique Cardoso voor de rechter te dagen. FHC, zoals de oud-president in Brazilië bekend staat, zei in een interview aan het tijdschrift Istoé dat “stelen de ethiek van de PT is.” Berzoini noemt de uitspraak een belediging aan het adres van meer dan 800 duizend leden van de PT.

Met deze allergische reactie bijt de PT, de partij van de huidige president Luis Inácio Lula da Silva, vol op het lokaas dat door FHC voor hen was klaargelegd. De PT wordt in een groot corruptieschandaal ervan beschuldigd parlementariërs te hebben omgekocht voor steun in het congres en illegale campagnefondsen te hebben gebruikt in de verkiezingen van 2002. De laatste aantijging is inmiddels bekend door de oud-penningmeester van de partij, Delúbio Soares.

Fernando Henrique Cardoso had al meerdere malen verklaard dat hij vond dat de ethiek het centrale thema van de presidentsverkiezingen van 2006 moest zijn. President Lula daarentegen, doet er alles aan om de focus op de economie te leggen. Met het schandaaltje is het FHC gelukt om het corruptiethema in ieder geval enkele dagen op de voorpagina’s te krijgen (en wie weet voor maanden als de PT besluit het proces door te zetten.)

Vandaag herhaalde de oud-president, zichtbaar tevreden, zijn beschuldigingen aan het adres van de PT en maakte gelijk van de gelegenheid gebruik om president Lula direct te betrekken: “of hij is zeer naïef, en dus niet voorbereid om president te zijn, of hij wist [van de corruptie], wat nog veel erger is”.

maandag, februari 06, 2006

LULA EN SERRA GAAN BRAZILIAANS PRESIDENTSCHAP UITVECHTEN

SÃO PAULO, 06/02/2006 - Twee belangrijke conclusies kunnen worden getrokken uit de laatste peiling die is gehouden voor de Braziliaanse presidentsverkiezingen in oktober door het instituut Datafolha. Ten eerste, de strijd zal gaan tussen de huidige burgemeester van São Paulo José Serra en President Luis Inácio Lula da Silva. Ten tweede, Lula heeft de corruptiecrisis binnen zijn eigen partij weten te overleven.

De verkiezingen van 2006 worden daarmee een rematch tussen de rivalen die in 2002 al om de Braziliaanse presidentsband vochten. Vier jaar geleden verloor José Serra kansloos van Lula. Nu heeft hij volgens de peilingen in de tweede ronde een lichte voorsprong op de president (49% tegenover 41% voor Lula, in de eerste ronde staan de kandidaten gelijk: 34% voor Serra, 33% voor Lula.) De voorsprong van Serra op Lula is de laatste maanden echter flink geslonken.

Toch lijkt José Serra de enige kandidaat te zijn die in staat is om Lula te verslaan. Zijn belangrijkste concurrent en partijgenoot, de gouverneur van São Paulo Geraldo Alckmin, is er niet in geslaagd om te groeien in de peilingen. Sterker nog, zijn aanhang is geslonken. Daarmee lijkt het pleit beslecht over wie de kandidaat wordt van de belangrijkste oppositiepartij (PSDB) in de verkiezingen van 2006, al besluiten de partijbonzen van de PSDB pas in maart wie hun kandidaat zal zijn.

De peiling wijst er ook op dat het herstel van Lula zich in alle linies doorzet. De evaluatie van zijn regering heeft weer het niveau bereikt van mei 2005, vlak voor het uitbreken van een groot corruptieschandaal waarbij zijn regeringspartij PT ervan beschuldigd wordt parlementariërs te hebben omgekocht in ruil voor steun in het congres.

23% van de ondervraagden vindt de regering van de arbeiderspresident slecht tot zeer slecht, tegenover 36% die de regering keurt als goed tot uitstekend. In december 2005 vond nog 29% van de respondenten de regering slecht tot zeer slecht en 28% goed tot uitstekend.

De strategie van Lula om in alle toonaarden te zwijgen over de corruptiecrisis en zich te focussen op de economie, lijkt zijn vruchten af te werpen. Een serie economische maatregelen heeft zijn aanhang onder de armere lagen van de bevolking doen stijgen. De belangrijkste daarvan is de verhoging van het minimumloon van 300 naar 350 Braziliaanse real.

DE PRESIDENTIËLEN: LUIS INÁCIO LULA DA SILVA

In october 2006 zijn er presidentsverkiezingen in Brazilië. Vorig jaar leek de herverkiezing van de huidige president Luis Inácio Lula da Silva een gegeven, maar inmiddels heeft een groot corruptieschandaal de regering van de arbeiderspresident door het slijk gehaald en ruiken zijn politieke tegenstanders dat de groen-gele presidentsband voor het grijpen is. Wie gaan het in oktober met elkaar uitvechten?

Dit is het laatste deel in een serie profielen van de mogelijke presidentskandidaten. eerder verschenen de profielen van Geraldo Alckmin, José Serra en Anthony Garotinho. Deze week: Luis Inácio Lula da Silva.





Waar je ook bent, welke sociale milieus je ook frequenteert – de borrels van intellectuelen in binnen en buitenland, de eettafels van traditionele families, de arbeidersbarretjes, de theekransjes van de katholieke huisvrouwen – het maakt niet uit, de misvattingen over de huidige President van Brazilië, Luis Inácio Lula da Silva, liggen altijd op de loer.

Sommigen getuigen van een bijna kinderlijk optimisme. Wat te denken bijvoorbeeld van de befaamde Engelse socioloog Anthony Giddens die bij Lula’s historische verkiezingsoverwinning van 2002, verklaarde dat hij dacht dat de nieuwe president niet alleen Brazilië maar ook de hele wereld kon veranderen. En Giddens was niet alleen. Hij verwoorde de hoop van meer dan 50 miljoen Brazilianen die op de oud-metaalarbeider hadden gestemd. Aan het eind van de rit lijkt het echter erop dat het Brazilië is die Lula heeft veranderd, en niet andersom.

In conservatieve kringen, aan de andere kant, grenzen de misconcepties over de Braziliaanse president aan het kwaadaardige. Nu Lula’s regering dezelfde corrupte tactieken lijkt te hebben gebruikt die de Braziliaanse elites eeuwenlang hebben ingezet om hun controle over dit extreem ongelijke land te handhaven, heeft een dolle euforie zich meester gemaakt van de rechterkant van de Braziliaanse samenleving. De vileine opvattingen borrelen ongehinderd naar de oppervlakte: Lula is een ongeletterde alcoholist die niet in staat is zijn eigen huis op orde te houden, laat staan het grootste land van Zuid Amerika.

Beide perspectieven dragen echter een vals idee van Lula over. En beiden zien het belangrijkste aspect van deze man die al meer dan 30 jaar een hoofdrol speelt in de Braziliaanse politiek over het hoofd. Luis Inácio Lula da Silva is vóór alles een raspoliticus. Een man die allianties sluit met de vijand om hem te bestrijden als hij sterker is. Een zeer geoefende onderhandelaar die weet wanneer hij moet toegeven en wanneer hij moet doordrukken. Een buitengewoon begaafde taxateur van de relevante politieke krachten.

En bovenal heeft Lula een les geleerd die de meeste van zijn politieke tegenstrevers zelfs met de beste universitaire opleidingen zich niet hebben eigengemaakt: principes in de politiek gebruik je tot ze hun nut hebben verloren. Als een kameleon heeft Lula zichzelf al meerdere malen heruitgevonden: van schoenenpoetser tot president van Brazilië.

Het imago van Lula heeft in 2005 een flinke dreun gekregen door een groot corruptieschandaal in zijn eigen partij. Maar denk niet dat deze doorlopende metamorfose kansloos is in de verkiezingen van 2006. Dat zou, alweer, een ernstige misvatting zijn.

vrijdag, februari 03, 2006

BRAZILIË OVERWEEGT GROOT-BRITTANNIË TE PROCEDEREN IN ZAAK JEAN CHARLES

SÃO PAULO, 03/02/2006 - Een commissie van de Braziliaanse regering die in Londen het onderzoek naar de dood van Jean Charles de Menezes controleert, overweegt de zaak voor het Europese hof voor de Mensenrechten te brengen. De commissie bestudeert de optie voor het geval dat de Engelse justitie aan het eind van het onderzoek niemand bestraft in de gevoelige moordzaak. De Braziliaan Jean Charles werd in juli 2005 door de Scotland Yard doodgeschoten nadat hij ten onrechte was aangezien voor een zelfmoordterrorist.

De Braziliaanse afvaardiging maakt zich zorgen om het Engelse onderzoek omdat ze geen inzage krijgt in het rapport van de onafhankelijke onderzoekscommissie IPCC naar de moordzaak. De IPCC beweert dat er staatsgeheimen in het rapport staan. De Engelse Justitie heeft in het verleden meerdere strafzaken tegen de politie onbestraft gelaten.

De Braziliaanse regering mag zelf geen proces beginnen aan het Europese hof, maar ze mogen wel de familie van Jean Charles sponsoren, als die besluit de Engelse regering voor het hof te dagen.

donderdag, februari 02, 2006

BRAZILIË BUIGT VOOR ARGENTINIË

SÃO PAULO, 02/02/2006 – De Braziliaanse en Argentijnse regeringen zijn gisteren akkoord gegaan met een systeem van handelswaarborgen tussen de twee landen. In de bilaterale afspraak (Mecanismo de Adaptação Competitiva, MAC) mag een land tijdelijk handelsbelemmeringen opleggen aan het andere land als blijkt dat de locale industrie wordt bedreigd door een ‘invasie’ van producten van het buurland.

Argentinië vroeg al jaren om een dergelijk mechanisme omdat haar economie wordt overspoeld door goedkopere Braziliaanse textielproducten en huishoudelijke apparaten. Argentinië, die in het kader van de Mercosul een vrijhandelsakkoord heeft met haar continentale buurland, heeft een handelstekort van 3,6 miljard dollar met Brazilië.

Het systeem van handelsbelemmeringen wordt algemeen gezien als een overwinning voor de Argentijnen. De kniebuiging van de Braziliaanse president Luis Inácio Lula da Silva is dan ook voornamelijk een poging om de Mercosul, het door Brazilië gepromote project voor regionale integratie, nieuw leven in te blazen. Door de Argentijnen te paaien verwacht hij dat ze weer volmondig achter de Mercosul gaan staan.

De Braziliaanse industriële sector is diep teleurgesteld met het akkoord. Roberto Gianetti da Fonseca van de Vereniging van Industrieën van de Staat São Paulo (FIESP) noemt de maatregel “tegenstrijdig met de principes van de vrijhandel”. Volgens de Fonseca wordt de Mercosul zo “een bureaucratisch regime en niet een vrijhandelszone”.

woensdag, februari 01, 2006

REEKS DODELIJKE ONGELUKKEN OP BRAZILIAANSE WEGEN

SÃO PAULO, 01/02/2006 - De laatste twee weken zijn op de Braziliaanse wegen tenminste 70 doden gevallen bij een reeks dodelijke ongelukken. In alle gevallen was of een passagiersbus, of een vrachtwagen betrokken. Het laatste incident kostte vanochtend aan vijf mensen het leven toen een Ford Escort op een vrachtwagen inreed.

Gisteren vielen elf doden bij een frontale botsing tussen een passagiersbus en een vrachtwagen. De bus vervoerde leden van een katholieke gemeenschap naar een reünie toen het frontaal op een vrachtwagen botste. De chauffeur van de bus probeerde een andere vrachtwagen in te halen over de dubbelgetrokken streep.

De dag ervoor was reeds een andere passagiersbus in een afgrond gereden. Bij het ongeluk vielen 12 doden. De chauffeur verloor de controle over het voertuig nadat een vrachtwagen hem bij een ondoordachte inhaalmanoeuvre had afgesneden.

Het ernstigste ongeluk gebeurde op de 22 januari toen twee passagiersbussen van hetzelfde bedrijf frontaal op elkaar inreden. 32 inzittenden vonden de dood. Volgens ooggetuigen probeerde één van de bussen op het moment van de botsing een vrachtwagen in te halen. De crash was echter zo gewelddadig dat de politie niet kon bepalen welke bus van rijbaan is afgeweken.

De tragische reeks ongelukken begon op 21 januari toen een vrachtwagen vol met maïs van baan afweek en op een minibus botste. Bij deze aanrijding kwamen 10 mensen om het leven.

Hoewel de ongelukken los van elkaar staan wijst hoogleraar Jaime Waisman van de Universiteit van São Paulo (USP) op een verklaring. Vermoeidheid door een te hoge werkdruk en te hoge snelheden zijn mogelijk de oorzaak van de ongelukken, aldus de hoogleraar.

De doden bij ‘normale’ verkeersongelukken moeten nog worden opgeteld aan de trieste balans van 70 doden in twee weken.

Lees ook: TWEE BUSSEN BOTSEN FRONTAAL: 32 DODEN